Wat willen wij hoe bereiken?
Programma Omgeving | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Wat willen we bereiken? | |||||||
Wij dragen bij aan het tegengaan van de klimaatcrisis. We zetten in op 55% minder CO2-uitstoot in onze gemeente in 2030. We zorgen dat alle inwoners, bedrijven en organisaties mee kunnen doen in deze energietransitie. | |||||||
Toelichting: | |||||||
In 2050 stoten wij geen schadelijke broeikasgassen meer uit omdat wij fossiele brandstoffen hebben vervangen voor hernieuwbare bronnen. Denk hierbij aan zon, wind of water. We worden zo snel mogelijk energieneutraal. Ons tussendoel is 55 procent minder CO2-uitstoot in 2030 ten opzichte van 1990. Samenwerking met alle betrokken partijen en inwoners is noodzakelijk om te komen tot de inrichting van ons toekomstig energiesysteem. Energie is voor iedereen betaalbaar en beschikbaar. Deze wordt zoveel mogelijk lokaal opgewekt en wij gebruiken zo min mogelijk grondstoffen. In alles wat wij doen is er aandacht voor dat iedereen kan meedoen en dat er zoveel mogelijk begrip is voor de veranderingen die op ons afkomen.
| |||||||
Wat gaan we daarvoor doen? | |||||||
1. We vinden het belangrijk dat iedereen in de stad mogelijkheden krijgt om energie te besparen. We helpen alle inwoners, ondernemers en organisaties om woningen en gebouwen te isoleren en de energierekening te verlagen. Dit doen we door subsidies en praktische ondersteuning op maat te bieden voor wie dit nodig heeft, maar ook door te informeren en te stimuleren met kortingen op advies en activiteiten. Met de aanpak energiebesparing bieden we een meerjarige doelgroepgerichte ondersteuning. Onze aandacht gaat in de eerste plaats uit naar de energiebesparing bij inwoners met lage inkomens en slecht geïsoleerde woningen. 2. We stimuleren het ontwikkelen van windmolens en het plaatsen van zonnepanelen op daken en andere geschikte locaties. Hiermee leveren we een bijdrage aan de regionale ambitie om in 2030 0,5 terawattuur elektriciteit duurzaam op te wekken. 3. We hebben een regisserende rol bij het gebiedsgericht aardgasvrij maken van de stad. Dit doen we door warmte- en uitvoeringsplannen te maken voor wijken in de stad en door een actieve rol te nemen bij het ontwikkelen van stadswarmtesystemen. We doen dit samen met inwoners en organisaties en faciliteren bewonersinitiatieven uit de stad die zelf een alternatief voor het gebruik van aardgas willen realiseren. 4. We helpen bedrijven met het verduurzamen van gebouwen en bedrijfsactiviteiten in de stad door te informeren, stimuleren en te ontzorgen waar dat mogelijk is en door te handhaven waar dat nodig is. 5. We leveren onze bijdrage om te komen tot een nieuw en robuust energienetwerk met energieopslaglocaties. We zoeken actief naar oplossingen om netcongestie tegen te gaan. Dit doen we door onze verantwoordelijkheid te nemen bij het zoeken naar fysieke ruimte voor maatregelen in het kader van netverzwaring. Ook verkennen we de mogelijkheden voor het balanceren van de energievraag en het lokaal opslaan en delen van elektriciteit.
| |||||||
Hoe kunnen we dit doel meten? | |||||||
De CO2 uitstoot per jaar | |||||||
Realisatie cijfers |
| Streefcijfers |
|
| |||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
439 | 451 | 412 |
|
| 354 | 335 | |
Bron: | Klimaatmonitor Rijkswaterstaat | ||||||
Toelichting: | Dit is de totale CO2-uitstoot van wonen, werken en verkeer per jaar (kton CO2). Het cijfer loopt altijd 2 jaar achter. Dit heeft te maken met berekeningen die het CBS voor het subonderdeel ‘verkeer’ moet doen. Het streven is dat de gemeente Amersfoort in 2050 CO2-neutraal is (‘0’). Voor 2030 streven we naar een reductie van 55% CO2-uitstoot ten opzichte van 1990. Dit cijfer is niet bekend, maar uit CBS-onderzoek blijkt dat de uitstoot vergelijkbaar is met de CO2-uitstoot in 2017. Dit komt neer op een uitstoot van 258 kton in 2030, de streefcijfers voor andere jaren tot 2030 zijn hierop gebaseerd. Vooralsnog is deze methode ons vertrekpunt. Bij de berekening van de streefcijfers gaan we uit van een lineaire daling, ook al komt dit niet overeen met de praktijk. Daarnaast gebruiken we sinds dit jaar de uitstoot exclusief auto(snel)wegen waardoor de waarden en streefcijfers verschillen van de vorige begroting. Het streefcijfer voor 2023 is 393 kton CO2. | ||||||
| regel | ||||||
Grondexploitaties en vastgoed: Het ondersteunen van ruimtelijke projecten en bijdragen aan een stad met passend en duurzaam vastgoed | |||||||
Toelichting: | |||||||
Met onze gebiedsontwikkeling zoeken we naar passende ontwikkelingsvormen voor gebieden, die - vroeg of laat - rendement opbrengen. Wij willen met ons gemeentelijk vastgoed een toegevoegde waarde bieden voor de stad en bijdragen aan de ambitie CO2-neutraal te zijn. Ook willen wij dat het gemeentelijk vastgoed integraal toegankelijk is.
| |||||||
Wat gaan we daarvoor doen? | |||||||
2.1 Grondexploitaties en vastgoed 1. We verduurzamen ons vastgoed en verlagen zodoende de CO2 uitstoot. Dit doen wij de komende jaren voor 66 objecten (ca. 123.000 m2 BVO) uit onze kernportefeuille. In projecten en in beheer en onderhoud houden we steeds meer rekening met maatregelen voor circulariteit, klimaatbestendigheid en biodiversiteit. 2. We zorgen dat ons vastgoed toegankelijk is voor mensen met een beperking door te voldoen aan het ITS keurmerk. 3. We bieden met ons vastgoed toegevoegde waarde aan de stad, zoals het huisvesten van culturele instellingen, sportverenigingen en wijkcentra. Wij zetten in op duurzame relaties met deze huurders, waarbij veiligheid, duurzaamheid en klanttevredenheid kernbegrippen zijn. 4. Wij zijn ons bewust van de vele onzekerheden die gebiedsontwikkeling in deze tijd met zich meebrengt en sturen op de financiën. Dit doen we met behulp van scenarioanalyses, risicomanagement en stapsgewijze besluitvorming zodat tijdig ingegrepen en bijgestuurd kan worden. 5. Om de grote woningbouwopgave te kunnen realiseren, zetten we in op het brede pallet aan exploitatiemodellen, onderzoeken we voor de bovenwijkse voorzieningen de kostenverhaalsmogelijkheden en zetten we in op het verkrijgen van subsidies.
| |||||||
Hoe kunnen we dit doel meten? | |||||||
Aantal gemeentelijke maatschappelijke objecten waaraan duurzaamheidsmaatregelen zijn getroffen | |||||||
Realisatie cijfers |
| Streefcijfers |
|
| |||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
|
| 10 | 10 |
| 36 | 46 | |
Bron: |
| ||||||
Toelichting: | De gemeente heeft de opgave om t/m 2030 66 maatschappelijke objecten te verduurzamen (energie- en CO2-reductie) die in haar bezit zijn. Duurzaamheidsmaatregelen zijn bijvoorbeeld het aanleggen van zonnepanelen, isoleren en instructie van gebruikers. Bij de cijfers hierboven gaat het om objecten die gedeeltelijk of volledig verduurzaamd zijn. | ||||||
| regel | ||||||
Ruimtelijke Ordening: Een stad waarin schaarse ruimte goed verdeeld wordt. | |||||||
Toelichting: | |||||||
Met onze ruimtelijke ontwikkeling zijn we een centrale schakel in de ontwikkeling van de stad en zorgen we voor een goede verdeling van de beschikbare ruimte. Zo werken we aan een duurzame balans voor de lange termijn met een aantrekkelijk woon- en leefklimaat, economische dynamiek, een goede bereikbaarheid, voldoende ruimte voor water, groen en natuur. Een stad waarin erfgoed op een samenhangende wijze in stand wordt gehouden en waarbij cultuurhistorische waarden worden ingepast bij nieuwe ontwikkelingen (behoud door ontwikkeling);
| |||||||
Wat gaan we daarvoor doen? | |||||||
3.1. Ruimtelijke Ordening 1. We werken regionaal samen aan de verstedelijking van Amersfoort en regio en zorgen voor een sterke positie van Amersfoort in Metropoolregio Utrecht en regio Amersfoort. 2. We zorgen voor een goede spreiding en verdeling van ruimte voor wonen, werken. Voorzieningen, mobiliteit en recreëren met een mix van functies in een groene omgeving en een hoogwaardige inrichting van de openbare ruimte zodat de juiste functie op de juiste plek komt. 3. We stellen de kwaliteit en leefbaarheid van de openbare ruimte voorop. Het vertrekpunt is een gezonde omgeving die uitnodigt om te bewegen en elkaar te ontmoeten door middel van levensaders 4. We versterken de kwaliteit van het buitengebied voor mens en natuur zodat deze meegroeit met de groei van de stad. 5. We leggen de gewenste inrichting van de stad en buitengebied helder juridisch vast in omgevingsplannen en bieden ruimte aan participatie en initiatieven via de intake- en omgevingstafel.
3.2. Monumentenzorg en archeologie Activiteiten 1. Samen met de stad dragen wij zorg voor ons (onroerend en ruimtelijk) erfgoed en voor de kwaliteit van het stadsbeeld als totaal. Cultuurhistorische waarden vormen een waardevolle inspiratiebron voor nieuwe ontwikkelingen. 2. We willen waardevolle historische structuren en gebouwen in stand houden en waar mogelijk verbeteren. Passende nieuwe functies zijn essentieel voor een goede toekomst (herbestemming en transformaties). De relatie tussen erfgoed en omgeving/openbare ruimte is van grote waarde. 3. Op basis van archeologisch en bouwhistorisch onderzoek verdiepen en verbreden we de kennis over de (ontstaans)geschiedenis van onze stad. Deze kennis maken we voor een breed publiek toegankelijk en beleefbaar. Erfgoed draagt belangrijk bij aan de identiteit en verbondenheid van stad en inwoners en aan de aantrekkelijkheid van onze stad. 4. Behoud en bescherming van archeologische waarden in de bodem, conform onze wettelijke taak. Bij ruimtelijke ontwikkelingen is behoud in de bodem lang niet altijd mogelijk. Na proefonderzoek kiezen we voor behoud door middel van opgraven of toch voor behoud in de grond.
| |||||||
Hoe kunnen we dit doel meten? | |||||||
Voor dit doel is er geen indicator. | |||||||
| regel | ||||||
Wonen: We stellen de mens centraal, Amersfoort is een thuis voor iedereen. | |||||||
Toelichting: | |||||||
Ieder mens wil een fijne plek hebben om te wonen. Een fijne woning vormt een thuis en is belangrijk om gelukkig te kunnen zijn, of je nu alleen woont, samen met een partner of kinderen, of zorg nodig hebt. Met ons volkshuisvestingsbeleid zorgen we er voor dat Amersfoort voor allerlei verschillende mensen met uiteenlopende leefstijlen een fijne stad is en blijft om te wonen. Ons streven is dat de woningmarkt (sociale huur én vrije sector) de komende 10 jaar weer gezond wordt. | |||||||
Wat gaan we daarvoor doen? | |||||||
1. Voldoende woningen: we hebben de ambitie dat er tot 2040, 1000 woningen per jaar worden gebouwd. We hebben hier afspraken over gemaakt in de Woondeal 2. Betaalbare woningen: we zorgen ervoor dat minimaal 35% van de woningen sociale huur en minimaal 20% middensegment is. Hiervoor geven we uitvoering aan het Deltaplan en de Woondeal. We stellen een volkshuisvestingsprogramma op. 3. Beschikbare woningen: naast het toevoegen van nieuwbouw zorgen we ervoor dat in de bestaande woningvoorraad meer mensen kunnen wonen. Hiervoor vergroten we de doorstroming en toegankelijkheid van woningen. 4. Passende woningen: we zorgen voor diversiteit aan woningen en woonmilieus, passend bij de woonbehoefte van verschillende doelgroepen. Speciale aandacht is er voor kwetsbare doelgroepen met een zorgbehoefte en woonvormen voor ouderen en voor ouderen die langer of weer zelfstandig wonen. Hiervoor geven we uitvoering aan het programma Wonen en Zorg. 5. Voor de aandachtgroepen, vluchtelingen, statushouders en bewoners van de maatschappelijke opvang is passende woonruimte beschikbaar. Hiervoor geven we deze groepen voorrang binnen de woonruimteverdeling.
| |||||||
Hoe kunnen we dit doel meten? | |||||||
Nieuwbouw + transformaties | |||||||
Realisatie cijfers |
| Streefcijfers |
|
| |||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
1139 | 1315 | 841 | 904 |
| 1000 | 1000 | |
Bron: |
| ||||||
Toelichting: | Het betreft alle toevoegingen in een specifiek jaar aan de woningvoorraad, namelijk nieuwbouw en overige toevoegingen. Omdat de overige toevoegingen voornamelijk transformaties zijn (van kantoren maar ook andere gebouwen naar woningen) noemen we het hier transformaties. Maar het kan ook nog gaan om splitsing van woningen. Uiteindelijk kan de netto groei of saldo van de woningvoorraad lager zijn door sloop of overige onttrekkingen. | ||||||
| regel | ||||||
Mobiliteit: Een bereikbare stad die actieve mobiliteit omarmt. | |||||||
Toelichting: | |||||||
Om onze groeiende stad leefbaar en groen te houden, de lucht schoner te maken en klimaatverandering tegen te gaan is het hard nodig om op het gebied van mobiliteit een grote omslag te maken. We willen bereiken dat mensen zich in en naar onze stad anders gaan verplaatsen; meer als voetganger, met de fiets, met het OV of gebruik makend van deelmobiliteit. We werken aan een stad waarin vervoer met een auto steeds minder nodig zal zijn. Hiervoor investeren wij in een goed netwerk van paden voor voetgangers en fietsers én in goede faciliteiten voor deelmobiliteit en openbaar vervoer. We zetten in op parkeerregulering. Ook zorgen we voor de juiste functie op de juiste plek (voorzieningen en werkfuncties langs levensaders en bij ontmoetingsplekken en wonen en werken in de directe nabijheid van openbaar vervoersknooppunten). | |||||||
Wat gaan we daarvoor doen? | |||||||
We stellen in 2024 een Omgevingsprogramma Mobiliteit op. Daarin komt alle inzet die we nu al plegen en de nieuwe inzet voor de verschillende deelaspecten samen: 1. Lopen: We werken toe naar een compleet, samenhangend, toegankelijk voetgangersnetwerk. 2. Fiets: We bouwen aan een compleet, samenhangend en veilig fietsnetwerk en werken toe naar voldoende en goede fietsparkeervoorzieningen bij o.a. stations en binnenstad. 3. OV: We maken het OV aantrekkelijker door te zorgen voor snellere busroutes, toegankelijke haltes en een aantrekkelijke overstap en we spannen ons in om onze stevige plek in het landelijke spoornetwerk te behouden en waar mogelijk te verbeteren. 4. Deelmobiliteit en parkeren: We zetten in op faciliteren en aantrekkelijker maken van deelmobiliteit, het invoeren van betaald parkeren met vergunningen in grotere delen van de stad, het hanteren van lage parkeernormen bij woningbouw op OV-locaties en het realiseren van mobiliteitshubs aan de stadsranden en in de wijken (als parkeeralternatief voor de eigen auto en voor bezoekers aan de stad). 5. Wegenstructuur: We vormen de meeste wegen om naar 30 km/uur, we beperken het doorgaand verkeer op de Stadsring en regionaal brengen we het wegennet op orde, met aandacht voor maatregelen om de effecten van de vertraging van het project Knooppunt Hoevelaken op te kunnen vangen.
| |||||||
Hoe kunnen we dit doel meten? | |||||||
Modal Split (% Auto bestuurder) | |||||||
Realisatie cijfers |
| Streefcijfers |
|
| |||
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | |
| 29 |
| 29 |
| 29 |
| |
Bron: |
| ||||||
Toelichting: | Tijdens corona was er een daling van het % auto bestuurders. Omdat verwacht werd dat dit aandeel na corona weer zou stijgen, is eerder een verwachting van 34 procent voor 2025 opgenomen in de begroting. Dit stellen we nu bij. Het is nog te vroeg om een effect te verwachten van het nieuwe mobiliteitsbeleid en daarom streven we nu naar gelijk blijven van het huidige aandeel auto bestuurders. | ||||||
| regel |